Dronten is gebouwd vanaf de tweede helft van de zestiger jaren. Aan de rand van het bewoonde gebied werd toen de Flevomanege gebouwd. De grond onder de gebouwen werd in eigendom door de vereniging verworven. De omliggende weiden werden eigendom van de gemeente. Het was voor die tijd een moderne en ruime paardrijhal. Dat trok evenementen. Dronten stond landelijk al snel op de kaart als paardensportcentrum. Een reeks private initiatieven in de paardensector volgden; het werd een wezenlijk onderdeel van de lokale economie. Dat de Aeres Hogeschool in Dronten een opleiding Hippische Bedrijfskunde heeft is dan ook geen toeval.
Dertig jaar later is het manegeterrein omgeven door woningwijken. Dankzij de gestegen welvaart waren inmiddels overal in Nederland nieuwe maneges gerealiseerd. De voorsprong van de Flevomanege was verdwenen: tijd voor vernieuwing. Daartoe werd in 2003 het gesprek gestart. In de periode tot aan 2020 werden er weliswaar een aantal belangrijke stappen gezet (waaronder een locatie voor een nieuwe manege geselecteerd en als zodanig bestemd) maar uitzicht op een definitieve doorbraak was er niet meer. De tussentijds nieuw aangetreden portefeuillehouder besloot tot het opschonen van het lijstje met ‘hangende’ ruimtelijke initiatieven in deze bestuursperiode.
In het verlengde van het opleidings- en trainingsprogramma dat P2 voor de gemeentelijke organisatie had verzorgd, werden wij gevraagd om – met inzet van de werkvorm verbindend onderhandelen – de knoop, die een doorbraak blokkeerde, systematisch te ontwarren. Als externe partij waren we in staat een onafhankelijke rol tussen de partijen in te nemen waardoor het vertrouwen van de andere partijen in onze aanpak snel groeide. Het vertrouwen van de andere partijen in onze aanpak groeide snel, mede door de wijze waarop de vertegenwoordigers van de gemeente in het proces daadwerkelijk invulling gaven aan hun rol in de verschillende processtappen waaruit bleek dat zij die onafhankelijkheid respecteerden.
De knoop had veel verschillende dimensies. Ten eerste was daar de financiering van de nieuwbouw van de manage. De op en neergaande conjunctuur had grote invloed op de haalbaarheid van de gewenste hoogwaardige gebieds(her-)ontwikkeling van de huidige locatie van de manege. Daarnaast hadden de achtereenvolgende vier raadsverkiezingen wisselende coalities en portefeuillehouders opgeleverd die verschillende perspectieven op de opgave hadden. De herpositionering van de rol van lagere overheden was een verdere uitdaging die deze opgave raakte. De gemeente moest van een initiërende rol naar een faciliterende rol toe, en van actief grondbeleid naar passief grondbeleid. . Bovendien was er nieuwe wetgeving (waaronder de aanstaande Omgevingswet) en strakkere mededingingsregels. Ook de dynamiek in de bestuurscultuur en in de relatie tussen bestuur en ambtelijke organisatie bleken relevant. Deels gekoppeld aan personen, maar ook ingegeven door de veranderende rolopvattingen. Onze onafhankelijke rol maakte het ons mogelijk om al deze dimensies aan de orde te stellen en te betrekken bij het zoeken van de oplossingsrichting. Dit deden wij door de methodiek Verbindend Onderhandelen toe te passen.
Verbindend onderhandelen focust op het scherp krijgen van de achterliggende belangen van de betrokken partijen en van de feiten rond de casus. Het beoogt, door daarbij open en actief samen te werken, op zoek te gaan naar een zodanige oplossing dat daarin op het belang van elke partij voldoende rekening ingespeeld wordt, beter dan zonder deze afspraken, zodat daarover in consensus kan worden besloten.
Uiteenlopende partijen waren betrokken bij deze opgave, zoals de bestuurders van de Flevomanege, de beoogde ontwikkelaar voor de herontwikkeling van de ‘oude’ locatie, het college van B&W en vertegenwoordigers van verschillende ambtelijke afdelingen.
Gestart is met een interviewronde met elk van de betrokken personen afzonderlijk om inzicht te krijgen in hun belang rond deze opgave. Door dit in één schema bijeen te brengen zijn de voor de partijen relevante issues inzichtelijk gemaakt voor alle betrokkenen. Aan de hand van een plenaire bespreking hiervan zijn de issues geselecteerd die relevant bleken voor een oplossing.
Vervolgens zijn de feiten rond deze issues gedefinieerd, in de zogenoemde joint fact finding stap. Dit zorgde er voor dat de deelnemers zich werkenderwijs een beeld konden vormen van de andere partijen en hun positie. Zo werd een basis gelegd voor begrip en onderling vertrouwen, dat nodig was om te komen tot oplossingen en de realisatie daarvan.
In de loop van een aantal maanden hebben wij op deze manier een doorbraak weten te bereiken die is die is geconcretiseerd in een gezamenlijke presentatie van het procesverloop en van de bevindingen in de raadscommissie. De afspraken zijn vastgelegd in een overeenkomst met een helder stappenplan, kwaliteitseisen voor de gebiedsontwikkeling, financiële kaders e.d.
Het perspectief: in 2022 zal op de Paardenboulevard, van de Aeres-campus een weer moderne Flevomanege staan en zal op de huidige locatie een hoogwaardige nieuwbouwwijk met circa 160 woningen verrijzen.