Een onderzoeksopgave die om samenwerking en transparantie vraagt.
Waterschap Drents Overijsselse Delta (WDOD) onderzocht de verschillende mogelijkheden om de dijk tussen Dalfsen en Zwolle te versterken. Eén van de onderzoeksopgaven was om te bekijken of zogenaamde watersysteemmaatregelen in het stroomgebied van de Overijsselse Vecht een oplossingsrichting zijn. Door water langer vast te houden zou daarmee de dijkversterkingsopgave worden verkleind. P2’er Hein van Middelaar organiseerde in opdracht van het Waterschap het omgevingsmanagement voor deze onderzoeksopgave.
Uit onderzoek blijkt dat de Vechtdijken tussen Dalfsen en Zwolle onvoldoende sterk zijn om Dalfsen en Zwolle in de toekomst te beschermen tegen overstromingen. Het Waterschap onderzocht de afgelopen drie jaar welke oplossingen er zijn om de Vechtdijk te versterken voor de toekomst. Daarbij hield men rekening met de kenmerken van de dijk en rivier, het stroomgebied van de Overijsselse Vecht en het effect van mogelijke maatregelen op de omgeving en natuur. Dit onderzoek wordt de verkenningsfase genoemd in de aanpak binnen het Hoog Water Beschermingsprogramma (HWBP).
Watersysteemmaatregelen zorgen voor een lagere waterstand bij een hoogwater situatie en daarmee voor lagere belastingen op de dijk. De dijkversterkingsopgave kon daarmee worden verkleind. Hein: “We onderzochten drie oplossingsrichtingen. Bij de eerste oplossingsrichting gaat het om maatregelen voor extra ruimte voor de Vecht. Daarmee wordt de afvoercapaciteit vergroot en kan bij hoogwater het water op een veilige manier versneld worden afgevoerd. In de tweede oplossingsrichting onderzochten we waar water tijdelijk geparkeerd kan worden in de gebieden langs de Vecht. Met als doel het vertragen van de waterafvoer bij hoog water. Bij deze oplossing laten we de gebieden bij extreem hoog water gecontroleerd onderstromen. Is het water in de Vecht gezakt, dan stroomt het water weer richting de Vecht. Bij de derde oplossingsrichting onderzochten we hoe we water langer konden vasthouden in het hele stroomgebied van de Vecht. Bij een extreme hoogwatersituatie stroomt zo minder water tegelijk naar de Vecht. Zo wordt de piekafvoer lager.” Bekijk deze video over de mogelijke oplossingen die zijn onderzocht voor de dijkversterking en (water)systeemmaatregelen.
Voor de systeemmaatregelen is samengewerkt met waterschap Vechtstromen, verantwoordelijk voor het deel van het stroomgebied van de Vecht bovenstrooms van Dalfsen. Samen met hen heeft Hein een proces uitgewerkt, in onder meer een participatieplan, om via ontwerpateliers en zogenaamde ‘dijktafels’ in een aantal stappen met overheden, maatschappelijke organisaties en geïnteresseerden te zoeken naar oplossingen voor een veilig en klimaatbestendig Vechtgebied. De ontwerpateliers waren specifiek bedoeld voor de watersysteemmaatregelen en de dijktafels over het ontwerp van de dijk.
Hein: “Op de dijktafels en in de ontwerpateliers zijn de verschillende oplossingsrichtingen besproken. We presenteerden de effecten en conclusies op een transparante manier. De conclusies zijn vervolgens in een ambtelijke en bestuurlijk begeleidingsgroep besproken en met dat advies konden de besturen van Waterschap Vechtstromen en Waterschap WDOD besluiten nemen.”
Hein: “De conclusie in dit gezamenlijk proces was: alleen de oplossingsrichting rivierverruiming met nevengeulen is kansrijk. Voor de andere oplossingsrichtingen zien we op dit moment onvoldoende kansen om deze verder te onderzoeken. Vanuit het dijkversterkingsbudget is daardoor te weinig financiering beschikbaar voor de systeemmaatregelen. Aanvullende financiering is nodig vanuit andere doelen, zoals klimaatbestendigheid, natuurherstel en waterkwaliteit. Maar die gebiedsopgaven lopen een ander tijdspad dan de dijkversterking. Hierdoor is koppeling van opgaven niet concreet te maken binnen de termijn van de dijkversterkingsopgave.”
Hein: “Om tot deze conclusie te komen is nauw samengewerkt met het technisch team van beide waterschappen en het ingenieursbureau. Van belang was om zo transparant en uitlegbaar mogelijk de effecten van de oplossingsrichtingen in beeld te brengen. Verder was mijn inzet om inzicht te geven in mogelijke alternatieve financieringsbronnen vanuit andere doelen: hoe kansrijk, welke middelen en welk tijdspad? Daarbij helpt het als je een achtergrond hebt in dijkversterkingen en watermanagement en het netwerk kent om snel cruciale informatie te ontsluiten om tot een gezamenlijk besluit te komen.”
Hein ziet toch kansen voor het uitvoeren van watersysteemmaatregelen: “Er is een combinatie denkbaar met de opgaven vanuit het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG), die de komende jaren in deze regio concreet gaan worden. Uit dit programma kunnen projecten gefinancierd worden die bijdragen aan een klimaatbestendig watersysteem.”